23-03-2013: Sotheby’s Parijs, La Collection Barbier- Mueller: Art Précolombien, resultaten

Results

Recordverkoop bij Sotheby’s!

Lot 137

Op 22 en 23 maart werd in Parijs de volledige collectie precolumbiaanse kunst van het Barbier-Mueller Museum in Barcelona verkocht. Een toch wel uitzonderlijke gebeurtenis die al maanden op voorhand de aandacht van de kunstwereld wist te trekken. Nu was dit niet voor het eerst dat Barbier-Mueller een monsterverkoop hield. In het verleden werd al de collectie Ife terracotta’s en Benin bronzen uit Nigeria voor een monsterbedrag aan de fransen verpatst. Maar een volledige museumcollectie op een openbare veiling verkopen, dat was toch andere koek. Na afloop waren de superlatieven niet uit de lucht: grootste opbrengst ooit, recordprijs voor een precolumbiaanse terra-cotta. En het moet gezegd: een

Lot 154

opbrengst van 10.296.300 euro is niet niks. Edoch, bij nadere beschouwing viel toch wel een en ander op te merken. Bijna de helft (4.3 M.E.) van de totale inkomsten kwam van welgeteld 3 stukken: lot 137, een Venusbeeld van Chupicuaro uit Mexico voor 2.001.500, lot 160, een voorstelling van een vliegende eend van de Tarasco – eveneens uit Mexico – voor 1.609.500, en lot 154, een godenbeeld uit Costa Rica voor 721.500.

Lot 160

Van de 313 aangeboden kavels vonden 154 een nieuwe eigenaar. Dit is minder dan de helft, en voor Sotheby’s eigenlijk zeer ondermaats. Minder dan 80% verkoop heb ik bij hen maar zelden gezien. Als we dan de catalogus wat nader bekijken wordt de reden wel duidelijk. Allemaal goede stukken, daar niet van, maar de prijssetting! Musea hebben meestal niet enkel topstukken, maar ook veel materiaal met historische waarde, naast voorwerpen die voor volledigheid moeten zorgen. Zo waren er hier veel kleine stukjes, hangertjes, moullures, en vooral zeer veel (mooie) potten en schalen. En wat zagen we: zelfs voor deze voorwerpen was er dikwijls een schatting van pakweg 20-30.000 euro! Gelijkaardige stukken worden met de regelmaat van de klok ook op andere veilingen als Bonhams of Arte Primitivo aangeboden voor een fractie van die prijzen. Geen wonder dat er zelfs niet op werd geboden. Niet goed genoeg voor de top, té duur voor de modale verzamelaar.

Lot 313

Men zag de nervositeit van de 2 veilingmeesters met de minuut stijgen. Ze vervingen ‘onverkocht’ door ‘zoals vorig lot’, hadden het voortdurend over ‘kleine prijzen’ (sic), en toonden regelmatig enig ongeduld door toevoeging van ‘snel’ als het eerste bod te lang uitbleef. Het allerlaatste lot, een vaas met een schatting van 15-18.000, werd op een toon van ‘deze moet weg’ zelfs ingezet op 100 euro en toegewezen voor 3.500! Het klonk als een soort statement. Hier zal nog een aardig woordje over gediscussieerd worden: was het de eigenaar of het veilinghuis dat verantwoordelijk was voor de prijssetting?

Martin Lagrain